1924-1950
Index van alle verhalen
Op vele plaatjes kunt u al klikken, zodat het verhaal tevoorschijn komt. Op den duur op allemaal. |
Anton werd geboren op 9 Februari 1924 om 6 uur 's ochtends.
Voor de astrologen:
Zon in Waterman, ascendant Waterman, maan in Ram. |
|
Anton's moeder was onderwijzeres op het schooltje voor de Europeanen, en had geen tijd voor een baby. Jami, de Hindoestaanse baboe, zorgde voor de kinderen. Zij was in hun herinnering de enige, die hen veiligheid bood. |
|
Een half jaar na Anton's geboorte gaan zij naar Nederland terug. Zijn zusje Joke is dan 4 jaar. |
|
In 1933 wordt Anton's vader weer uitgezonden, deze keer naar Curaçao. |
|
In 1939 gaat het gezin Heijboer met verlof naar Nederland, maar door het uitbreken van de oorlog kunnen ze niet terug naar Curaçao. |
|
In 1943 is Anton 19, net oud genoeg om door de Duitsers opgepakt te worden voor de Arbeitseinsatz – het eerste transport van minderjarigen. |
|
In Berlijn wordt Ton te werk gesteld bij de Carl Jung Fabrieken. Hij woont met honderden andere dwangarbeiders in een groot pakhuis in de buurt van de Alexanderplatz.
|
|
Als Ton roodvonk krijgt, wordt hij naar een oude gevangenis in Prenz Lauerberg gebracht, waar alle besmettelijk zieken verzameld worden.
Dankzij een Poolse dwang-arbeidster, Sinaïda Socolowa, kan hij ontsnappen. |
|
Het lukt Ton om een trein te vinden die naar Nederland rijdt. Hij vervoert chauffeurs van de NSKK. De trein rijdt in een keer door naar Amsterdam. Vandaar loopt hij naar Haarlem. |
|
Hij maakt, samen met zijn vader, noodkacheltjes om in zijn onderhoud te voorzien, maar moet vaak onder de vloer verblijven, om niet weer opgepakt te worden. |
|
Ton trekt een schip met suikerbieten (en onderin een paar zakjes tarwe) van Aalsmeer naar Haarlem “ik liep in de lijn, alsmaar de Ringvaart rond”. |
|
1948 Voor drukkerij Enschede illustreert hij twee strip-verhaaltjes met zoveel kleuren, dat drukken niet uitvoerbaar blijkt. Ook enkele pulp-romannetjes voor de trein |
|
Anton zoekt op de kaart een plek waar het groen is, en stapt in de trein. Hij is van plan een hut te bouwen waar hij kan wonen, ver van de civilisatie.
Hij krijgt onderdak in het Groene Kruis gebouwtje, waar ook Hans Heyting woont. |
|
Mei 1946 tot Aug. 1947 in Drente (Borger). Hij tekent boerderijtjes in ruil voor een stuk rookvlees of kaas. |
|
Op zijn eerste tentoonstelling verkoopt hij alles. Hij koopt er een sjiek pak van en reist een dag naar zijn ouders, om te laten zien dat hij nu een geslaagd man is. |
|
Ton illustreert liedjes voor een 17-jarig meisje. |
|
Gewelf, 1947 Drente. Ton werd in het begin beïnvloed door andere kunstenaars. Toen hij nog op school zat, was Marius Bauer heel populair. Iemand in zijn klas bracht hem in contact met kunst. |
|
In het Groene Kruis gebouwtje tekent Anton al deze grote figuren op de witgekalkte wanden. Voorboden van zijn latere werk. |
|
’s Winters is het GK-huisje erg koud. Hij kan naar het theehuis in de zand-verstuiving even buiten Borger, bij Drouwen. Daar betaalt hij huur voor bij de boswachter. |
|
In 1947 maakt hij samen met Jan Kagie een tocht door Zuid Frankrijk, tot aan de Pyreneen. Onderweg maken ze vele tekeningen. |
|
Ton gaat na deze reis terug naar Haarlem (is in Drente uit het dorp gegooid) en ontmoet in 1948 Arnout van Gilst. |
|
1948 Arnout (Nol) heeft een atelier in de Zonnesteeg nr. 2a rd in de "Heiliglanden". Nol raadt hem aan, om de Drentse boerderijtjes om te zetten in etsen. Hij koopt een klein persje voor Anton. |
|
1949 Nol verlaat het pandje en Anton huurt het nu zelf van het Elisabeth's Gasthuis. Elsa Wijnands (Puck) trekt bij hem in. Josef Santen huurt een pandje schuin er tegenover. |
|
1949 Eerste tentoonstelling in het Luifeltje, samen met Jan Kagie. Waarschijnlijk met het soort tekeningen dat in de vorige foto hangt (foto Zonnesteeg). De tentoonstelling wordt afgekraakt. |
|
1950 Contraprestatie
Anton krijgt van de gemeente fl.33,60 bijstand (is gehuwd), en vraagt 24 Augustus 1950 bij het “Voorzieningsfonds voor kunstenaars” aanvulling daarop: een toelage voor kunstenaars-benodigdheden. |
|
Hiernaast een tekening uit 1949. Deze tekeningen geven zijn pogingen aan om de hevigheid van zijn gevoel uit te beelden. |
|